Het World Endurance Championship, afgekort WEC, is een wereldkampioenschap voor hypercars en sinds dit jaar ook voor de categorie LMGT3. Die laatste letter-cijfercombinatie zegt ons ook niet zo veel maar dit wel: er zijn acht races op de kalender en hoewel dat er minder zijn dan bij pakweg de Formule 1, zijn die races niet te onderschatten. Zo draait alles om uithouding waarbij vooral het 24 uur durende bezoekje aan het prestigieuze Le Mans met de aandacht gaat lopen. Ook in ons land passeert het World Endurance Championship echter, en wel voor de 6 Uur van Spa-Francorschamps.

Waterstof op het circuit

Wij mochten er vanaf vrijdag 9 mei binnen, te beginnen met de persconferentie van Alpine’s Alpenglow. Dat is een hypercar met een 340 pk sterke verbrandingsmotor die aangedreven wordt door waterstof. De technologie van de toekomst? Volgens Alpine wel want hoewel het voorlopig nog gaat om een conceptcar, zou deze mits nog enkele aanpassingen wel eens in productie kunnen gaan. Alpine had het studiemodel mee naar Spa-Francorchamps omdat de auto er een aantal demonstratierondjes mocht rijden op het circuit, kwestie van te tonen dat hun waterstoftheorie ook effectief in de praktijk kan worden omgezet. Meerijden mochten we niet, al waren ze bij Alpine wel zo vriendelijk om ons op een hotlap te trakteren in de passagiersstoel van hun A110.

Nadien stond een bezoekje gepland bij die andere Franse constructeur die deelneemt aan het WEC: Peugeot. Meer bepaald bij Peugeot Sport kregen we een kijkje achter de schermen in aanloop naar de kwalificatie die gepland stond op vrijdag. Zij lieten ons binnen in de mobiele garage, bij de reserveonderdelen en in de ruimte waar beschadigde koolstofvezel onderdelen gerecycleerd worden om er nadien nieuwe onderdelen van te maken. Daarna konden we zelfs even mee de pit in en zagen we de hele crew aan het werk ter voorbereiding van de kwalificatie. Van die kwalificatie hing er natuurlijk veel af want die bepaalde zoals gewoonlijk de startpositie voor de race, die op zaterdag ging plaatsvinden.

Van competitie naar productie

Die zaterdag zakten we dan maar opnieuw af richting circuit — of toch eens we door vier uur aan filerijdende fans kunnen navigeren hebben. Tijdens de zes uur durende race konden we Linda Jackson even strikken, de CEO van Peugeot, voor een kort gesprekje over waarom het merk racen zo belangrijk vindt. Zij benadrukte vooral het marketingpotentieel van motorsport en het World Endurance Championship is daar volgens Jackson het perfecte voorbeeld van. Er zijn dan wel maar acht races maar het is heel globaal en op dat vlak perfect om de bekendheid van Peugeot te vergroten en hun imago te versterken. Jackson ziet in de autosport ook nog een tweede belangrijke reden want het helpt ook om productiewagens te verbeteren: “Autosport is een soort laboratorium, we ontwikkelen er technologie voor die ook zijn nut heeft voor productiewagens. In het WEC gaat het om elektrificatie, om de biobrandstoffen die we al gebruiken, om de aerodynamica, om de ophanging, etc..”

In de achtergrond ging de race zelf natuurlijk voort, maar na ongeveer vier uur racen besliste een crash er even anders over. De Cadillac van Earl Bamber kwam tijdens een inhaalmanoeuvre in aanraking met de BMW van Sean Gelael en hoewel beide coureurs er zonder kleerscheuren uit kwamen, werd de wedstrijd anderhalf uur stilgelegd om schade aan de muur te repareren. Nadien reed Ilott Callum van raceteam Jota richting overwinning maar wij waren er toen al niet meer bij. De WEC-race in Spa had voor ons zijn doel al bewezen als testterrein voor nieuwe technologieën en als uitstalraam om de sportieve ambities van de deelnemende automerken in de bloemetjes te zetten.