Je hebt het vast al gehoord: met ingang van 2024 trekt de Vlaamse overheid de subsidiepot open voor volledig elektrische auto’s. Vanaf dan kan je dus tot 5.000 euro terugbetaald krijgen bij aankoop van een nieuwe EV. De auto’s die daarvoor in aanmerking komen bundelden we al in deze lijst, maar we geven het toe: zelfs met 5.000 euro korting zijn de meesten nog steeds niet helemaal goedkoop te noemen. Nee, de échte koopjes vind je op de tweedehandsmarkt want daar krijg je straks ook gewoon tot 3.000 euro EV-premie.

Peugeot iOn/Citroën C-Zero/Mitsubishi i-MiEV

Verwacht je bijvoorbeeld niet al te veel van je elektrische auto, dan kan je altijd even gaan zoeken naar een Mitsubishi i-MiEV, een Peugeot iOn of een Citroën C-Zero. Die modelletjes kwamen namelijk al in 2009 op de markt en deelden vrijwel hun complete carrosserie en techniek. Zo kregen ze een elektromotortje met 63 pk op de achteras en een accu van 16 kWh onder de bodem, goed voor 130 kilometer rijbereik op een goeie dag — en dat was wanneer de batterijen nog gloednieuw waren. Vind je dat wat weinig, weet dan dat deze EV je in 2024 misschien wel minder kost dan een elektrische fiets. Zo vind je ze al vanaf 5.000 euro en trek je daar de premie van 3.000 euro van af, dan ben je in de praktijk 2.000 euro kwijt.

Renault Zoe

Mag het wat meer kosten, dan kan je de zoekertjes afschuimen op zoek naar deze elektrische pionier: de Renault Zoe. Die zag het levenslicht in 2012 en deed dat toen met 88 pk aan vermogen op de vooras en 22 kWh aan batterijen onder de bodem. Daar haalde de EV toch zo’n 150 kilometer rijbereik uit als je echt je best deed en kocht je de Zoe als ‘Q210’, dan kon het ding zelfs al snelladen. Daarvoor mag je tegenwoordig echter op zo’n 1.000 euro meerprijs rekenen, maar een vroege ‘R210’ vind je al vanaf zo’n 6.000 euro. Dat is dus 3.000 euro nadat de overheid zich er volgend jaar mee gemoeid heeft, al gaat het voor die prijs wel vaak om exemplaren waarbij je de accu van Renault huurt voor zo’n 70 euro per maand.

Nissan Leaf

Heb je liever dat de hele auto meteen van jou is? Dan kan je ook gaan voor deze platformgenoot van de Renault Zoe: de Nissan Leaf. Die kwam al op de markt in 2010 en in zijn eerste bouwjaren verkocht Nissan hem alleen inclusief accu. Dat was toen een exemplaar van 24 kWh groot, waarmee je eveneens op een rijbereik van zo’n 150 kilometer mocht rekenen. Dat batterij-eigendom maakt de Leaf wel iets duurder op de tweedehandsmarkt: je vindt hem vanaf zo’n 7.000 euro… Of dus 4.000 euro in 2024, wat nog steeds schappelijk is voor een emissieloos boodschappenkarretje.

Smart ForTwo Electric Drive

Over boodschappenkarretjes gesproken: in grootsteden over heel de wereld krioelt het van de Smart ForTwo’s… En misschien wel het goedkoopste exemplaar dat je straks kan kopen is de elektrische. Een vroege Smart ForTwo Electric Drive tik je namelijk op de kop vanaf zo’n 7.000 euro, dus dat wordt 4.000 euro vanaf de overheid je de premie terugbetaalt. Een Smart zijnde gaat een groot deel van je centen natuurlijk nog steeds naar de merknaam, want voor zijn veelzijdigheid hoef je het alleszins niet te doen. Zo past er maar twee man in de ForTwo — de hint zit in de naam — en haal je hoogstens 100 kilometer uit de accu van 17,6 kWh…

Renault Kangoo Z.E.

De kans is echter groot dat je wat meer ruimte wil in je goedkope EV, en die kan je krijgen ook. Dit is namelijk de Renault Kangoo Z.E., die een aantal van de componenten met de Zoe deelt. Zo vind je onder de bodem van vroege exemplaren dezelfde accu van 22 kW, al werkt die hier wel samen met een elektromotortje met 60 pk op de vooras. Dankzij het grotere gewicht en de minder interessante stroomlijn mocht je echter blij zijn als je Kangoo Z.E. anno 2011 de 100 kilometer haalde. Gelukkig vind je ze al vanaf zo’n 8.000 euro — dus 5.000 euro na aftrek van de premie — al moet je het voor dat geld wel stellen met een bestelversie zonder achterbank… Maar dan kan je toch weer goedkoop naar het containerpark.