Begin 2023 zette Tesla de bal aan het rollen. Toen verlaagde het merk namelijk in één klap de prijzen van zijn Model 3 én Model Y met bedragen die voor sommige versies de 12.000 euro overstegen. Heel wat andere fabrikanten zagen zich daardoor genoodzaakt om hun prijzen eveneens te verlagen waardoor sommigen hun EV’s met te weinig winst moesten verkopen, of gewoon een deel van hun verkoopcijfers richting Tesla zagen verdwijnen… Of allebei.

Tesla’s prijzen zijn niet te volgen

Een woordvoerder van Polestar heeft namelijk tegenover persagentschap Reuters laten vallen dat het merk ongeveer 450 werknemers op straat moet zetten, oftewel zo’n 15 procent van al hun personeel. De reden is te zoeken in tegenvallende verkoopcijfers want hoewel Polestar in 2023 zes procent meer auto’s verkocht dan het jaar voordien, haalde het zijn vooropgestelde doel niet. Zo strandde het op 54.600 auto’s terwijl het de 60.000 stuks wilde overschrijden, en die verwachting was al teruggeschroefd van een oorspronkelijk doel van 80.000 verkopen aan het begin van het jaar… En dat terwijl concurrent Tesla hoogdagen beleeft.

Volgens Polestar-CEO Thomas Ingenlath is dat moeilijke boekjaar dan ook grotendeels te wijten aan de prijzenoorlog die sinds begin 2023 onder EV’s woedt. Daarbij ging de concurrentie — lees: Tesla — volgens hem over tot kortingen die Polestar gewoonweg onmogelijk kon volgen zonder verlies te maken. Het moet echter ook gezegd dat het merk het gedurende 2023 moest stellen met slechts één onmiddellijk verkrijgbaar model, de Polestar 2, en daar moet in 2024 alvast verandering in komen. Zo zal niet alleen de Polestar 3 maar ook de Polestar 4 dit jaar de showrooms bereiken, dus laat ons hopen dat die twee het tij kunnen keren.