Bij de introductie van de nieuwe A-Klasse in 2018 maakte Mercedes een ogenschijnlijk vreemde keuze. Ze voegden namelijk een heuse berlineversie toe aan het gamma, en dat in een Europa dat doorgaans niks van een nieuw model moet weten tenzij het hoog op zijn poten staat en wat hardwerend plastic rond zijn wielkasten draagt. Sedans zijn hier dus al helemaal uit den boze, maar toch lijkt de langere A-Klasse het goed genoeg te doen om de facelift mee te mogen maken. Je ziet de compactste ‘Benz-Berline dan ook best veel in het straatbeeld… Tenzij je hem verwart met broertje CLA, wel te verstaan.

Power Bulges en turbines

Om te vermijden dat dat gebeurt, groeien de neusjes van de A-Klasse en de CLA bij de facelift nog net iets verder uit elkaar. Zo krijgt de A nieuwe koplampen die de gebogen dagrijverlichting voortaan overlaten aan de zijn duurdere soortgenoot, en het in de plaats daarvan houden op een eenvoudig fronsende LED-streep. Verder steekt ook het bumperwerk in het nieuw, met een nog eenvoudiger design voor de basisversies en een nog agressiever lijnenspel voor de AMG Line. De grille is bij die laatste dan weer gevuld met honderden piepkleine Mercedes-sterretjes, en het sportieve plaatje wordt afgemaakt door twee power bulges op de motorkap die doen vermoeden dat er één of ander monster van een biturbo-V8 in het vooronder schuilt…

Hetzelfde exclusieve gevoel krijg je eigenlijk ook binnenin deze vernieuwde A, al moest Mercedes daar eigenlijk niet veel aanpassingen voor maken. Zo was de interieurkwaliteit altijd al top voor dit segment en biedt het dashboard met zijn verlichte turbineblazertjes en zijn dubbele, rechtopstaande schermenpraal een hoogtechnologische uitstraling. Mercedes vertrouwt sinds de facelift zelfs zo sterk op die schermen, dat ze er hun touchpad met sneltoetsen gewoon regelrecht voor uit de middenconsole kegelden. Dat muismatje mis je dan eigenlijk maar zelden, maar het ontbreken van die sneltoetsen stoort soms wel eens. Nu moet je namelijk nog meer vertrouwen op aanraakgevoeligheid, en in het geval van bijvoorbeeld de knoppen op het stuur is dat ook nog eens overgevoelige aanraakgevoeligheid.

Zoals een echte 'Benz

Ondanks die gigabulten op de motorkap is de kans klein dat je er een exotische krachtbron onder zal vinden. Wel integendeel: de A-Klasse laat zich ook na de facelift uitsluitend bestellen met viercilinders onder de kap, al hoeven dat daarom geen zwakke motoren te zijn. Zo kreeg onze A 250 4MATIC stiekem gewoon dezelfde 2.0-liter turbobenzine mee die je ook in het vooronder van bijvoorbeeld een A 35 AMG zou tegenkomen. In dit geval houdt die het wel op 224 pk en 350 Nm koppel, en die cijfers passeren langs een achttraps automaat. Zoals de 4MATIC-naam doet vermoeden, wordt het vermogen nadien over alle vier de wielen verdeeld.

Het resultaat is een A-zonder-AMG die naar de 100 km/u sprint in 6,4 seconden en daarmee moet hij stiekem niet onderdoen voor menig hothatch. Bovendien zorgt de vierwielaandrijving voor flink wat grip in de bochten maar merk je dat je toch makkelijk onder de 7 l/100 km verbruik blijft indien je vooral snelwegkilometers rijdt. Tussendoor vindt de auto ook nog eens een balans tussen een precies en toch licht stuurgevoel zoals enkel een ‘Benz dat kan, en was zelfs onze AMG Line zacht genoeg geveerd om geen drempelvrees te moeten ontwikkelen. Het enige waar je wel af en toe wat tegenop ziet, is filerijden. De tegenwoordig standaard gemonteerde automaat reageert niet altijd even scherp aan lage snelheden, en daardoor kan dat wel eens een schokkerige ervaring worden.

AMG-geld

Zijn er dan nog negatiefjes aan zo’n A-Klasse? Wel, uiteraard. Zo is dit natuurlijk niet de ruimste auto die je in Das Haus kan kopen, en het feit dat het een berline is doet het ruimtegevoel achterin al helemaal geen deugd. Er past echter wel 395 liter bagage achter zijn lage kofferklep, wat op papier 50 liter meer is dan je achter de vijfde deur van de A-Klasse hatchback kwijt kan. We zeggen daar wel bewust "op papier" want daar rekenen ze de ruimte boven de hoedenplank van die laatste dan wel niet bij. Als je er met andere woorden de nieuwe wasdroger mee wil gaan afhalen maak je dus meer kans met de hatchback, en die is ook nog net een beetje goedkoper. Zo krijg je de reguliere A-Klasse mee vanaf 37.510 euro, terwijl je voor een berline moet doorsparen tot je 38.720 euro verzameld hebt.

Voor dat geld beschik je meteen over een knappe standaarduitrusting met bijvoorbeeld een digitaal instrumentarium, automatische klimaatregeling, zetelverwarming voorin, parkeersensoren rondom en een achteruitrijcamera, maar dan moet je het wel stellen met een 1.3-liter benzinemotortje uit de schappen van Renault. Wil je daar wat aan doen, dan krijg je tegenwoordig een 2.0-literblok mee vanaf de A 220 4MATIC die 49.610 euro moet kosten… Of je kiest voor deze A 250 4MATIC en betaalt maar liefst 60.500 euro, maar daarmee is hij precies even duur als een A 35 AMG. Die laatste mag standaard dan wel iets kariger uitgerust zijn maar toch zouden wij voor dat geld wel weten welke te kiezen…

Conclusie

De facelift van de Mercedes A-Klasse verandert eigenlijk maar weinig aan wat hij al langer was: een steengoede auto. Met een potente motor in het vooronder weet hij bovendien ook flink wat rijplezier te bieden, en als berline heeft hij het lijnenspel om de gemiddelde passant te doen geloven dat je een CLA aangeschaft hebt. Voeg daar een knappe standaarduitrusting en hoogstaand comfort aan toe, en de kleinste der 'Benzes is zijn naam meer dan waardig.