Even geleden zagen ze bij Mercedes het licht. Al decennia hadden ze namelijk zowel van de C- als van de E-Klasse een cabrio- en coupéversie in het aanbod, terwijl die auto’s stiekem een gelijkaardig publiek aanspraken met hun gelijkaardige looks en gelijkaardige motoren. Daarom beslisten de Duitsers om het midden tussen die twee modellen te zoeken en dat uit te brengen onder de noemer ‘CLE’. Ook die komt er nog steeds met en zonder dak, en nu weten we ook wat je voor die laatste moet over hebben.

Opendak voor 7.000 euro

Mercedes heeft zijn CLE Cabriolet namelijk in de configurator geplaatst, en dat met een startprijs van 71.390 euro. Daarmee is de CLE niet goedkoop maar wel de volle 61.000 euro minder duur dan die andere open ‘Benz: de SL. Voor dat geld krijg je de CLE mee met een 2.0-liter benzinemotor goed voor 204 pk, en dezelfde motor met vierwielaandrijving kost je 73.810 euro als CLE 200 4MATIC. Mag het wat meer zijn, dan haalt de CLE 300 4MATIC 258 pk uit dezelfde 2.0-litermotor voor 78.045 euro en anders kan je terecht bij de CLE 450 4MATIC van 90.145 euro, die 381 pk haalt uit een 3.0-liter zescilindermotor. Dieselen kan tot slot ook, met de 197 pk sterke CLE 220 d die 73.810 euro moet kosten.

Aan die prijzen krijg je telkens meteen een knap uitgeruste cabrio mee. Zo beschikt elk exemplaar standaard over verwarmde voorzetels en over zowel de ‘Airscarf’- als de ‘Aircap’-systemen. Dat eerste is een elektrisch windscherm boven de voorruit terwijl dat tweede een heuse verwarming onder de hoofdsteun is, want wanneer je CLE eind april geleverd wordt kan het altijd nog wat frisjes zijn buiten. Verder krijgt de cabrio een akoestische kap mee om het windgeruis te beperken maar als je toch met het dak dicht plant te rijden, kan je zowel een CLE Coupé kopen. Die gesloten versie kost namelijk 64.130 euro — een dikke 7.000 euro minder dan de Cabriolet dus.