Je merkt het vast zelf aan het geluid in de straten en aan het nieuws op deze pagina, maar geëlektrificeerde auto’s zijn aan een sterke opmars bezig. Dat bevestigen ook de cijfers van de ACEA, de Europese federatie van automobielfabrikanten, die jaarlijks inkijk geven in de inschrijvingscijfers van de hele EU. Daarin valt deze keer vooral op dat met name de dieselmotor het steeds vaker moet afleggen tegen de hybride.

Sterkste stijger: de plug-inhybride

Zo zijn de inschrijvingen van zelfopladende hybridewagens in de EU vorig jaar voor het eerst op gelijke voet gekomen met die van de auto met dieselmotor: ze waren allebei goed voor een marktaandeel van precies 19,6 procent. Concreet gingen er in 2021 60,5 procent meer van dergelijke hybrides over de toonbank dan het jaar voordien, tegenover 50,9 procent minder dieselwagens. Het moet wel gezegd dat de ACEA ook mild-hybrids meeneemt in zijn berekening. Het gaat hier dus kortweg om alle auto’s met ook maar iets van elektrohulp naast de verbrandingsmotor, maar dan wel zonder stekker.

Kijken we naar de exemplaren met een stekker, dan worden de cijfers nog frappanter. In 2021 werden er namelijk 70,7 procent meer plug-inhybrides ingeschreven dan het jaar daarvoor, goed voor een recordstijging en een totaal marktaandeel van 8,9 procent. Tel je de zelfopladende hybrides en de plug-inhybrides dus samen, dan halen ze de dieselwagens met enig gemak in. Ook de verkoop van zuiver elektrische wagens was goed voor een stijging van 63,1 procent tot een marktaandeel van intussen 9,1 procent. Er blijft echter één zekerheid in dit verhaal: de benzinewagen. Met een marktaandeel van exact 40 procent bleef die ook in 2021 de populairste keuze, al wisten auto’s op benzine in 2020 wel nog 47,5 procent van de totale inschrijvingen voor zich te winnen.