De Courier is meteen de kleinste in het Tourneo-gamma. Hij staat dan ook op het chassis van de Fiesta en oogt op het eerste zicht een beetje als een Ford B-Max. Laat Ford deze Courier dan klanten wegsnoepen bij die B-Max? Niet helemaal, want de B-Max is iets luxueuzer uitgedacht dan deze Tourneo Courier.

De snoet voelt zich in het rijtje van Ford-neuzen thuis als een vis in het water. Het opengetrokken radiatorrooster kenmerkt de frontpartij en wordt geflankeerd door twee koplampen die wel wat weghebben van de exemplaren op een Fiesta. Achteraan is het allemaal wat vreemder, met de kleine achterlichten die de grote kofferpartij flankeren. Tussenin vinden we het typische design voor een ludospace, de snel oplopende voorruit en de schuifdeur doen je eraan herinneren wat de taak van deze Tourneo Courier is; grote volumes transporteren.

overweldigend

De Tourneo Courier is dus korter dan de Tourneo Connect en dat merk je ook binnenin. Zo is de voorruit een stuk kleiner en is ook de bovenzijde van het dashboard een pak kleiner dan bij de Connect. Handig, want die grote zonnekleppen waren moeilijk te bedienen, terwijl de bovenste helft van de voorruit toch niet echt nuttig bleek. Een beetje minder lengte betekent ook een beetje minder plaats achterin, al valt het verlies in ruimte vooral in de koffer te merken. Je kan de achterbank niet over rails verschuiven want hoewel dat de bagageruimte wat groter zou kunnen maken, zag Ford de extra kost die het met zich meebrengt niet zitten. Wie achterin zit, kan gebruik maken van opklaptafeltjes.

Zitten gaat overigens erg fijn, want de zetels bieden voldoende steun, al had de zijdelingse steun nog een bekeken mogen worden. Over hoofdruimte hebben we in dit busje verder geen klagen, zelfs de grootste inzittende kan nog met gemak een hoge hoed opzetten.

rijden als een personenauto

Met een interieur als dat van een Fiesta en de looks van diezelfde Fiesta, kan het bijna niet anders dat Ford ook het rijgedrag van de Fiesta kopieerde. De Tourneo Courier rijdt dan ook bijzonder soepel voor zulk een hoog busje, al is een recht stukje weg in de stad toch zijn favoriete habitat. Parkeren gaat overigens simpel, dankzij zijn rechte vorm en zijn overzicht rondom.

vinnig torretje

We reden de 1.0 EcoBoost met 100 pk en merkten - of merkten vooral niet - dat de driecilinder lekker stil kan zijn als je het gaspedaal niet vloert. Deze turbodriecilinder heeft het dan ook vooral van zijn koppel. Ook hier voelt de motorisatie zich het beste op vlakke banen die niet teveel extra vragen van het gaspedaal, al nodigt de opbouw van de auto daar niet toe uit. Dat de motor stil zijn werk doet, is nadelig voor andere aanwezige geluiden, zo noteerden we dat de windruis tussen buitenspiegels en A-stijl erg storend was.

wolven in de eigen stal

Prijsmatig parkeert de Tourneo Courier zich een pak onder de ludospaces die Berlingo en Kangoo heten, al is hij ook een stuk kleiner. Gaan we bij de Franse merken een maatje kleiner winkelen, dan komen we de Nemo en Bipper TePee tegen, al zijn die een pak budgetvriendelijker dan de Courier. Dat komt vooral omdat deze Ford al van in de basis erg goed is uitgerust. De grootste concurrentie komt misschien nog uit eigen stal, want de eerder genoemde B-Max blijkt op de keper beschouwd zelfs iets goedkoper dan de Tourneo Courier.

conclusie

Ford laat met dit derde luik van het Tourneo-trio zien dat ook de kleine bestelwagen leuk kan worden omgebouwd tot personenwagen. Het uiterlijk, rijgedrag en interieur doen niet langer aan een bestelwagen denken en hij is misschien wel de leukst sturende Tourneo van de drie. Alleen is het wat zoeken naar de meerwaarde tegenover de B-Max, die origineler is in zijn vormgeving en nóg praktischer is qua instap. Ruimte lijkt hier duurder te zijn ingeschat dan de praktische invalshoek.