Op vier jaar tijd is er veel veranderd, dieselprijzen zijn nog dichter bij benzineprijzen gekropen en kopers worden om de oren geslagen met betaalbare Hot Hatches. De laatste iteratie van de GTD weet 184 pk en 380 Nm voor te leggen. Een cijfer waar je een tijd terug nog indruk mee maakte. Vandaag de dag biedt bijna elke constructeur wel een dieselmotor aan met zo'n vermogen. Of de GTD dan nog bestaansrecht heeft is maar de vraag.

GTI-look

Uiterlijk zien we alleszins het bekende recept van Volkswagen. De stevige looks van de GTI maar dan zonder rode streepjes en stevige uitlaatspielerei. Onder de GTD vind je gewoonweg twee uitlaatjes links, net zoals bij een Golf 2.0 TDI. Visueel wel zonde - omdat je met de crème de la crème in Golf dieselland rijdt -, anderzijds wel eerlijk omdat je hier tenslotte met maar 184 pk op de baan bent. Toch staat de GTD stevig op die baan, al kunnen we ons niet van de indruk ontdoen dat de vorige generatie, met gapende muil, meer indruk maakte.

Wat dan weer wel weet te overtuigen zijn de knappe LED-lichten rondom. Achteraan krijg je mooi verdonkerde lichten met LED-technologie, vooraan krijg je standaard Xenonkoplampen met LED-dagrijlichten die mensen snel van baanvak doen wisselen. Ook de optionele NOGARO velgen met maatje 18 inch van 617,40 euro werden gesmaakt. Het blijft allemaal wel redelijk braaf. Of je de GTD nu daardoor saai of discreet vindt, dat hangt af van persoonlijke smaak.

Knoppenstuur

Binnenin doet Volkswagen maar weinig moeite om je het gevoel te geven dat je met iets speciaal op de baan bent. De eerlijkheid biedt wel te zeggen dat dit komt omdat het interieur van een gewone Golf al zo strak in elkaar zit. Behalve de GTD-badge op het stuur wisten enkel de optionele sportstoelen ons te vertellen dat het toch net allemaal iets sneller ging gaan. Het stuur voelt goed aan maar is bezaaid met knoppen waardoor je al vlug het overzicht verliest tussen radio luider zetten, cruise control opzetten en bladeren tussen menu's.

In één van die menu's vind je trouwens een laptimer die zijn tijd laat zien op het infoscherm tussen de twee meters in het dashboard. Een leuke gizmo, maar in realiteit gebruik je dat ding natuurlijk nooit. Waar de GTD in uitblinkt is het feit dat er geen concessies zijn gedaan. Hij is nog steeds even praktisch, even ruim en even logisch om te bedienen als een... tja, als een Golf. Al hadden we liever een stuurtje gezien zonder knoppen in grotere knoppen met knoppen rond die knoppen bovenop knoppen.

Geweld(ad)ig goede handeling

Alle LED-dagrijlichten en praktische ruimte links gelaten, waar de GTD echt toe doet zijn rijplezier en prestaties. Dat eerste weet Volkswagen nog altijd neer te zetten, dat laatste niet. De zevende generatie van de Golf voelt in standaardtrim al als een heel solide wagen aan (dat is uiteraard altijd de sterkte geweest van een Golf), met de GTD-badge achterop krijgt de wagen toch nog een geheel nieuwe dimensie. "Precisie" en "neutraal" lijken wel de sleutelwoorden te zijn.

De Golf GTD laat zich de bocht omhoeken met zo'n gemak en precisie dat je wel een volwaardige racepiloot lijkt te zijn. De jongens bij VW hebben daarbij voor een zeer neutrale opstelling gekozen. Geen greintje overstuur valt uit te lokken en onderstuur wordt tot een minimum herleidt. Ga je te ver, dan krijg je natuurlijk wel dat typisch voorwielaangedreven onderstuur. Al heb je dan de elektronica voldoende uitgedaagd en verdien je het om met je voorwielen even terug op de grond te worden gezet.

Waar we wel niet in geloven is het Dynamic Chassis Control (DCC). Deze optie van zo maar eventjes 1.012,77 euro laat je kiezen uit een comfortabele of sportieve rit (en alles daar tussen). In realiteit zit er echter zo weinig verschil in de instellingen dat je de wagen de gehele tijd in comfort laat staan. In sé is het dus een optie van +1.000 euro om je sportieve wagen, minder sportief over de weg te laten zoeven. Met optionele 19 inch velgen voel je het verschil misschien beter, maar wij hadden nooit het gevoel dat de wagen zelfs in "Sport" te hard was in vergelijking met andere Hot Hatches.

Versnelde wereld

Het is echter maar de vraag of je de GTD nog kan vergelijken met andere Hot Hatches. Nemen we een willekeurige greep uit het aanbod: Seat Ibiza Cupra (180 pk/ 22.751 euro), Peugeot 208 GTI (200 pk/ 23.535 euro) en Ford Focus ST (250 pk/ 33.000 euro), dan zien we dat de GTD enorm uit de boot valt met zijn 184 pk en een vraagprijs vanaf 33.320 euro. Niet enkel is hij duurder dan de best rijdende Hot Hatch van een vergelijkbare klasse (de Focus ST), hij wordt rechtdoor ook nog eens het snot voor de ogen gereden door de kleinste rakkers van de hoop. Waar de GTD 7,5 seconden nodig heeft om de honderd aan te tikken in samenwerking met de DSG-versnellingsbak, klaart de Ibiza Cupra (ook met DSG) die klus in 6,8 seconden.

De essentie van het probleem ligt niet bij het feit dat de GTD traag is, de gehele wereld rondom hem is gewoonweg sneller geworden. Volkswagen heeft de pijnlijke fout gemaakt om de diesel GTI niet net iets meer pit te geven in het vooronder. Had de viercilinder diesel 205 pk en 420 Nm (cijfers die haalbaar zijn) gehad in plaats van de huidige 184 pk en 380 Nm, dan spraken we van een compleet ander dier. In de praktijk komt het er op neer dat je heerlijk de bocht omhoekt, maar dan geen - spreekwoordelijk - schop onder de kont krijgt bij het uit accelereren. De daarbij vergezelde semi-sportieve dieselbrom maakt het plaatje niet beter. Want hoewel de bekende 2.0 TDI een stuk beter klinkt in de GTD is het laagtoerig karakter van de diesel nooit spannend te noemen. En al zeker niet omdat de diesel bij 4.800 toeren al de handdoek in de ring gooit en braafjes opschakelt.

Geen Hot Hatch meer

Tot op dit moment hebben we de GTD vooral benaderd als een concurrent voor de Hot Hatchwereld. Voor velen geldt natuurlijk de stelling "diesel = zuiniger". Toch stelt ook daar de GTD teleur. Het gemiddelde testverbruik lag op 6,6 liter. Stukken beter natuurlijk dan de 9,7 liter die je gaat verbruiken met een Focus ST, maar een pak zwaardere 184 pk sterke BMW 3-reeks GT komt toe met maar 6 liter.

Daarenboven ben je "als je voor zuinigheid kiest" nooit goed af met een Hot Hatch. Dan opteer je beter - als je toch nog iets of wat vooruit wil - voor de Golf met de 2.0 TDI met 150 pk. Die is een stuk zuiniger, kost (met DSG) bijna 6.000 euro minder en biedt ongeveer 70% van het rijplezier van de GTD.

Conclusie

Het lijkt wel of Volkswagen had deze generatie van de Golf geen zin in een GTD. Standaard duurder dan de GTI, trager dan elke Hot Hatch op de markt en evenveel emotie als een Communistische partij. Het is dan ook zonde dat het potentieel van de ophanging niet benut wordt door er een beul van een diesel bovenop te gooien. Na de duistere tijden van de Golf IV is de GTI uit een diep dal gekropen om nu, bij de 7de generatie, zijn summum te bereiken. De GTD maakt echter de omgekeerde beweging. En stiekem, hebben we het liever zo.

Fotografie: Original Frame (Lionel Pierret)

Met dank aan Verjo Metal voor de fotolocatie